Als ik de mail krijg van mijn directeur waarin hij mij ontslaat, vraag ik me meteen af hoe je van vrijwilliger afkomt die niet doet waar hij voor aangesteld is.
Daar móet toch wel een manier voor zijn... Het kan toch niet zo zijn, dat je een vrijwilliger die van geen kanten deugt, niet kan lozen.
Ik heb het vrijwilligersbeleid van verschillende organisaties doorgenomen, ook de suggesties op deze site, maar niets over een dysfunctionerende vrijwilliger.
Dat zou kunnen zijn omdat een vrijwilliger in de regel vanzelf opstapt als de werkrelatie verstoord is... Een vrijwilliger denkt al gauw: wat heb ik te verliezen... en als er dan geen financiële vergoeding te verliezen is zoals bij een werknemer, is zo'n deal gauw gesloten.
Mijn makke is, dat ik van mening ben, dat het Waterliniemuseum niet zonder vrijwilligers kan functioneren... Sterker... dat er veel meer uit de ruim 50 vrijwilligers te halen is, ook ten voordelen van hen, dan er nu uit geput wordt...
En ook: het gaat niet goed met het Waterliniemuseum dat pas in 2015 geopend is met zo'n €30 miljoen aan overheidssubsidie...! Zo bestaat er eigenlijk, door de hele bijzondere organisatie, geen contact met de het museumbestuur, krijgen de vrijwilligers de jaarverslagen niet te zien en hullen de vernieuwingsplannen, als die er al zijn, zich in nevelen...
En dan de reden voor mijn ontslag: het mede-organiseren van een vereniging van de ruim 50 vrijwilligers; de grootste afdeling van het museum. Naast een 'bestuur op afstand' wordt er gewerkt met betaalde krachten die niet boven de 1 fte uitstijgen. Afhankelijk van welke medewerkers je ten laste van het museum kan brengen.
Het opzetten van een vrijwilligerstijdschrift is trouwens de 2de poging om de organisatie op een hoger plan te brengen door de vrijwilligers te bundelen. De eerste poging, de inrichting van een vrijwilligersbijeenkomst als hoogste orgaan met een bestuur en een dagelijks bestuur, wordt door de betaalde organisatie niet gewaardeerd en sneuvelt begin 2019.
Als de organisatie van de vrijwilligers als grootste afdeling van het Waterliniemuseum niet lukt, is de besluitvorming van het Waterliniemuseum als volgt: ergens wordt een besluit genomen waarvan onduidelijkheid is wie het besluit neemt en wat de legitimiteit is. In zo'n besluit herkennen de vrijwilligers zich niet; sommigen, maar zeker niet allen, hebben daar moeite mee.
Zo'n besluit wordt al dan niet uitgevoerd, al dan niet gehandhaafd en al dan niet gesanctioneerd. Als voorbeeld het besluit om in coronatijd onze populaire virtuele parachutesprong weer op te starten. Veel collega's passen ervoor om daaraan mee te doen in verband met corona-angst vanwege het nauwe contact met de bezoekers van het museum.
Maar hoe moet je dan wél afscheid nemen van een vrijwilliger als die niet vanzelf opstapt... Mij dunkt moet daar een procedure voor gemaakt worden waarin ook vrijwilligers zitten. Die moeten ook de democratische beginselen in de gaten houden die misschien niet in een bedrijf, maar wel in Nederland gelden. Wat mijn situatie betreft kan je denken aan de vrijheden van vereniging en nieuwsgaring.
Kan me niet voorstellen dat als dit soort zaken tegen het licht gehouden worden, ik het veld moet ruimen.