Tip!
Gebruik de werkvorm ‘Intimiteit, waar ligt de grens? (pdf)’ om met elkaar in gesprek te gaan. Deze werkvorm is bedoeld voor vrijwilligers die met minderjarigen werken en is op dit moment alleen gericht op seksueel grensoverschrijdend gedrag.
Vrijwilligerscentrale Amsterdam ontwikkelde het Kaartspel Sociale Veiligheid voor vrijwilligers. Eén versie voor vrijwilligers die met volwassenen werken en één kaartspel voor vrijwilligers die met kinderen werken.
Bespreekbaar maken (materiaal en werkvorm)
Als iemand over een grens gaat, mag je dat op een respectvolle manier aangeven. Niet alle grenzen zijn namelijk hetzelfde voor iedereen. Sommige mensen vinden het heel naar als er opmerkingen over hun uiterlijk of gewicht worden gemaakt. Andere mensen staan daar veel minder bij stil. Het kan ook zijn dat iemand in zijn of haar verleden een nare ervaring heeft gehad, die door een onhandige actie van jou weer bovenkomt. Dat kun je natuurlijk niet tevoren weten. Het volstaat in zo’n geval om simpel te zeggen: ‘Dat had ik me niet gerealiseerd, sorry.’
Als je ziet dat iemand onhandig of grensoverschrijdend gedrag vertoont, is het verstandig diegene daarop aan te spreken. Dit kan lastig zijn. Een reden daarvoor is dat mensen het ervaren alsof ze oordelen over iemand of iemand beschuldigen. Hieronder geven we een aantal tips om iemand aan te spreken, zonder dat het lijkt alsof je over iemand oordeelt of iemand beschuldigt.
- Ga op gelijke ooghoogte staan met degene die je aan wilt spreken.
- Gebruik de omgangs- en gedragsregels die jullie hebben om het gedrag aan te spiegelen. Als in jullie gedragsregels bijvoorbeeld staat dat je respect hebt voor elkaars religie en een deelnemer maakt discriminerende grappen, dan kun je zeggen: "Ik merk dat je grappen over het geloof van Zarah maakt. In onze gedragsregels staat dat wij als vrijwilligersorganisatie graag zien dat vrijwilligers respect hebben voor elkaars religie.”
- Zorg er, vooral bij een kind, voor dat je duidelijk maakt dat de reactie over het gedrag gaat. Je wijst niet het kind af, maar zijn gedrag.
- Benoem hoe je het gedrag wel graag zou zien.
Bekijk de video ‘Situatieschets: Kind troosten’ en noteer voor jezelf wat goed en wat minder goed gaat in deze situatie.
Eenvoudige gesprekstechnieken
Verder kunnen de volgende gesprekstechnieken je helpen:
- Benoem feiten: “Ik zie net dat jij…”
- Benoem welk gevoel dit jou geeft: “Ik voel me daar…”
- Vraag hoe hij er tegenaan kijkt: "Hoe ervaar jij dat?"
- Benoem welk gedrag je liever ziet: “Ik denk dat je dat beter zo kunt doen.”
- Check hoe diegene het vindt: “Wat vind je daarvan?”